Onze visie
Het aanbieden van een gevoel van veiligheid is de meest basale pedagogische doelstelling. Dit door vaste en sensitieve verzorgers. De beschikbaarheid van sensitief reagerende opvoeders in de eerste levensjaren blijkt bevorderlijk voor de veerkracht van kinderen.
Door met verticale groepen te werken blijft het kind de gehele 4 jaar op dezelfde vertrouwde groep, waar kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen. De aanwezigheid van vaste en vertrouwde groepsleiding is de basis om een goede en vertrouwde relatie tussen kind en groepsleiding te laten ontstaan gedurende die 4 jaar. Hechting is een term voor een duurzame gevoelsrelatie tussen één of meerdere personen met wie het kind regelmatig en intensief contact heeft.
Wij vinden dat kinderen van verschillende leeftijden veel van elkaar kunnen leren. Net als thuis met broertjes of zusjes. Maar ook net als thuis is het van belang om kinderen ook activiteiten te bieden die specifiek gericht zijn op hun eigen leeftijd en ontwikkelingsfase. De groepen zijn ingericht met een gezamelijke huiskamer waar we rustig een kind de fles kunnen geven of boekje voor lezen. Daarnaast is er ruimte ingericht waar we eten maar ook kunnen knutselen, verven en puzzelen. Verder zijn er hoekjes gecreëerd onder anderen de bouwhoek en poppenhoek.
Pedagogische beleid
Een goede leidster-kind relatie wordt bereikt door aanwezigheid van telkens dezelfde vertrouwde leidsters en een consequente, positieve benadering van het kind. De aanwezigheid van telkens dezelfde gezichten wordt bij Ellimo gewaarborgd door een goed personeelsbeleid.
Door leidsters eigen verantwoordelijk te geven, inspraak in de roostering, te betrekken bij de dagelijkse gang van zaken bereiken we een maximale betrokkenheid. Mede hierdoor hopen we op een zo weinig mogelijke sprake van ziekte en verloop van leidsters.
De leidsters stimuleren de ontwikkeling van het kind op emotioneel, sociaal en cognitief gebied. De benadering van het kind door de leidster is altijd op een positieve manier. De leidsters bieden de kinderen emotionele ondersteuning en tonen betrokkenheid. Ze hebben respect voor de autonomie van het kind maar stellen wel duidelijke grenzen. Op deze manier wordt duidelijke structuur geboden hetgeen het gevoel van veiligheid bij het kind te bevorderen. Het kind maakt de regels, gewoonten, normen en waarden eigen die in de groep waarin het leeft waardevol gevonden worden.
De gehechtsheidrelatie die baby’s aangaan met volwassen, met wie zij veelvuldig contact hebben, vormt de basis van de sociale ontwikkeling van kinderen. Baby’s herkennen vanaf 5 maanden al andere kinderen als ‘soortgenoten’. Baby’s spelen ook sociale spelletjes: door bijvoorbeeld steeds weer speelgoed op de grond te gooien in de hoop dat anderen het oprapen.
Vanaf het eerste jaar ontwikkelen kinderen al een sociaal gevoel. Ze zien en voelen of anderen verdrietig zijn, blij of moe zijn en proberen andere kinderen al wel eens te troosten. Jonge peuters zijn vaak nog erg op zichzelf gericht. Pas nadat zij de ‘koppigheidsfase’ doorlopen hebben , waarin de peuter erkenning wil krijgen voor de eigen persoon, worden kinderen op driejarige leeftijd veel socialer. Kinderen hechten niet alleen aan volwassenen maar misschien wel even vaak en intenser aan vriendjes. Vriendjes die op het kindercentrum ontstaan zijn, blijven vaak nog jaren voortbestaan. Op driejarige leeftijd begint het geweten zich te ontwikkelen. Kinderen hebben de grenzen die volwassenen stellen hard nodig om het eigen gedrag bij te stellen. Door de rijke fantasie die kinderen op deze leeftijd hebben, gaan ook angsten een rol spelen. Door deze angsten met de kinderen op een creatieve manier uit te werken, kan je de kinderen over hun angsten heen helpen.
De cognitieve ontwikkeling is de ontwikkeling van de wijze waarop de hersenen de informatie die via de zintuigen binnenkomt, selecteert, uitlegt, opslaat, weer oproept en gebruikt. In de loop van de ontwikkeling van een kind, leert het deze informatie steeds beter op te slaan in beelden, symbolen, begrippen en onderlinge verbanden. Wij willen de cognitieve ontwikkeling stimuleren door de kinderen voldoende uitdagingen te bieden in de vorm van speelgoed dat is afgestemd op de ontwikkelingsfase van het kind. Hierbij is het proces het belangrijkste, niet het resultaat. Wij testen de kinderen niet, omdat wij van mening zijn dat testen op jonge leeftijd slechts een zeer beperkte waarde heeft en eigenlijk alleen nut kan hebben als grote achterstanden zijn gesignaleerd. Kinderen ontwikkelen zich voor hun vierde jaar in een individueel tempo dat volgens ons niet altijd in algemene termen en richtlijnen te vertalen zijn.
We observeren de kinderen wel. Op die manier krijgen we een goed beeld van de ontwikkeling van het kind en kunnen met de ouders samen het kind op een optimale wijze ondersteunen.
Aansluiting bij de opvoeding van de ouders wordt gewaarborgd door een goede communicatie. Zo sluiten wij bijvoorbeeld aan bij het door de ouders gewenste patroon van voeding en slapen. In het dagboekje dat wordt bijgehouden en meegegeven wordt aan de ouders kunnen allerlei zaken worden vermeld die hier van belang zijn. Geen kind is hetzelfde en het is bepaald niet wenselijk om alle kinderen op gelijke wijze te benaderen. Het herkennen en waarderen van individuele verschillen is dan ook een zeer belangrijk punt. De leidsters bij Ellimo hebben allen een gerichte pedagogische opleiding gehad waar zij hebben geleerd om individuele verschillen te zien en daarnaar te handelen.
In praktische zin betekent dat bijvoorbeeld dat wij kinderen niet op een bepaald tijdstip in bed leggen als het nog niet moe is. Of dat kinderen per se moeten knutselen, tekenen of puzzelen. Wij bieden het aan, stimuleren waar nodig, maar dwingen niet.
In emotionele zin uiten individuele verschillen zich onder andere in hoe het kind voor zichzelf opkomt, of het kind eenkennig is, of het moeite heeft met afscheid nemen van de ouder etc. de benadering van de leidster is altijd passend bij de karakter van het kind. Als het moeite heeft met afscheid nemen, zal het kind even bij de leidster op schoot blijven zitten. Als hij of zij niet goed voor zichzelf op kan komen zullen de leidsters daar extra mee helpen.
In sociale zin zijn kinderen ook zeer verschillend. De ene gaat moeiteloos om met andere kinderen en volwassenen, de ander moet eerst de kat uit de boom kijken. Ook hier worden kinderen individueel benaderd en ondersteund. Een afwachtend kind zal bijvoorbeeld geholpen worden om contact te leggen door het even bij de hand te nemen. In deze context moet ook het sturen van de sociale interactie tussen kinderen worden gezien. De leidsters zullen de sociale interactie stimuleren en begeleiden. Ze zullen zo weinig mogelijk ingrijpen om zodoende de kinderen hun eigen ervaringen te laten opdoen. Ze worden zelfstandiger en krijgen daarmee ook meer zelfvertrouwen.
Contact opnemen
Ondanks dat wij in alle zorgvuldigheid werken, en er naar streven eventuele problemen direct te verhelpen, zijn wij aangesloten bij de ‘Klachtencommissie Kinderopvang’. Zij zijn te bereiken op 0900 040 00 34. Mailen kan ook naar info@klachtkinderopvang.nl